Uitspraak CBb Beroep Goedkeuring Toerekeningssysteem Schiphol

Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft uitspraak gedaan in het beroep van KLM tegen het ACM goedkeuringsbesluit voor het kostentoerekeningssysteem van Schiphol voor de jaren 2022 tot en met 2024. Het CBb verklaart het beroep van KLM gegrond.

Achtergrond zaak

Schiphol mag kosten die voortvloeien uit luchtvaartactiviteiten in zijn tarieven doorberekenen aan de luchtvaartmaatschappijen. In het toerekeningssysteem legt Schiphol vast hoe zij bepaalde kosten die zij maakt toerekent aan luchtvaartactiviteiten.

KLM tekende beroep aan omdat zij zich niet kon verenigen met de goedkeuring die de ACM had gegeven aan het kostentoerekeningssysteem dat Schiphol hanteert voor de jaren 2022 tot en met 2024. Hierin had Schiphol opgenomen dat het risicobudget buiten de vastgestelde begroting blijft voor de toepassing van efficiëntieprikkels op grond van artikel 8.25dg, negende en tiende lid, van de Wet luchtvaart. KLM is het daar niet mee eens.

Uitspraak CBb

Het CBb verklaart het beroep van KLM gegrond en oordeelt dat de huidige wet- en regelgeving geen grondslag biedt voor de in het toerekeningssysteem opgenomen uitzondering dat de efficiëntieprikkel niet van toepassing is op het risicobudget.

Volgens het CBb biedt de algemene norm van marktconformiteit uit artikel 8.25g van de Wet luchtvaart onvoldoende grondslag voor het uitsluiten van het risicobudget voor de efficiëntieprikkel.

Uitsluiting van toepassing van de efficiëntieprikkel op alle voorzieningen voor risico’s kan volgens het CBb bovendien tot gevolg hebben dat de prikkel tot doelmatige risicobeheersing wordt weggenomen.

Om deze reden kan het standpunt van de ACM niet zonder meer worden gevolgd. Dit neemt niet weg dat toepassing van de efficiëntieprikkel ongewenst kan zijn waar het gaat om niet-beïnvloedbare kosten. In de huidige regelgeving is voorzien in één uitzondering voor deze kosten.

Voor zover deze uitzondering niet voldoende zou zijn, is het volgens het CBb aan de wetgever om een grondslag en een uitwerking te bieden voor een bredere uitzondering.

Vervolg

Het CBb vernietigt het goedkeuringsbesluit voor zover daarin goedkeuring is verleend aan het uitzonderen van het risicobudget voor de toepassing van het systeem van effciëntieprikkels op grond van de Wet luchtvaart. Het CBb bepaalt dat zijn uitspraak in de plaats treedt van het bestreden besluit. Dat betekent dat de ACM geen herstelbesluit hoeft te nemen. De ACM kan op dit moment nog niet inschatten wat de gevolgen van deze uitspraak zijn voor de tarieven van Schiphol.

In het nieuwe toerekeningssysteem zal de ACM de gevolgen van deze uitspraak meenemen.

• Bekijk ook de uitspraak van het CBb